Onze huisdieren

Al onze huisdieren (van Sandertje tot en met Loesje).

Loesje mei 2022
Loesje mei 2022
Judith en Kobus 2017.
Judith en Kobus 2017.
Saartje (2018, Tilburg).
Saartje (2018, Tilburg).
Neeltje en Saartje (2006, Tilburg).
Neeltje en Saartje (2006, Tilburg).

Lijstje van al onze huisdieren

  1. Loesje
      • Poes
  2.  Kobus
      • Ruwharige teckel
      • van het Koningshoekje
  3. Jakob
      • Kater
  4. Neeltje
      • Poes
  5. Saartje
      • Poes
      • Zus van Hendrik
  6. Hendrik
      • Kater
      • Broer van Saartje
  7. Bolleke
      • Egel
      • Sekse onbekend
  8. Marco
      • Slak
      • Sekse onbekend
  9. Webster
      • Kater
      • Broer van Arnold
  10. Arnold
      • Kater
      • Broer van Webster
  11. Kwibus
      • Kater
  12. Bali
      • Kater
  13. Sandertje
      • Langharige dwergteckel
      • Xaverius von Feldhaus

Huisdieren in het algemeen

Met de opkomst van het christendom in de middeleeuwen nam de populariteit van de katten echter af. Volgens het christelijke bijgeloof stonden katten namelijk in verbinding met met kwade geesten. Vanaf de veertiende eeuw werden de dieren zelfs massaal verbrand omdat ze in verband zouden staan met hekserij.

Men nam liever honden in plaats van katten als huisdier. Honden werden ook steeds vaker gefokt op speciale kwaliteiten, die vaak nog wel functioneel waren. Zo ontstonden er veel verschillende hondenrassen, van imposante waakhonden, tot snelle en lenige jachthonden. Goede, sterke honden waren een echt statussymbool en adellijke of rijke families gaven veel geld uit om het beste hondenras aan te schaffen. Leden van de elite lieten zich dan ook graag portretteren met een alerte waak- of jachthond aan hun zijde. Naast zulke praktische functies kregen honden ook steeds vaker een sociale functie. Er ontstonden hondenrassen die speciaal gefokt werden om leuk en schattig te zijn en zodoende geschikt waren als gezelschapsdier. De rol van statussymbool én knuffelig gezelschapsdier zou de hond nooit meer kwijtraken.

In de vroegmoderne tijd verschenen er meer bijzondere huisdieren in de Europese huizen. Extreem rijke kooplieden en edelen lieten met bijzondere en vooral exotische dieren zien hoe werelds zij georiënteerd waren. Vaak waren dat vogels of soms een aapje, maar het kon extremer. Zo kreeg stadhouder Frederik Hendrik in 1632 de Indische olifant Hansken als cadeau. Hij stelde haar tentoon in zijn paleis in Rijswijk tot de stadhouder Hansken als cadeau doorgaf aan Johan Maurits, die op zijn beurt Hansken doorverkocht waarna de olifant als curiositeit door heel Europa werd gesleept. Eenzelfde lot trof neushoorn Clara. Zij werd in in 1738 in huis genomen door de Groninger Sichterman, directeur van de VOC in Bengalen. In 1740 verkocht hij het dier aan een VOC-kapitein, die de neushoorn, Clara, mee naar de Nederlanden nam. Tot haar dood in 1758 werd Clara in heel Europa tentoongesteld.

Hoewel katten nooit helemaal verdwenen, waren ze lange tijd niet populair. Katten waren vooral populair als ‘bewaker’ van scheepsruimen en voorraadschuren tegen ratten en muizen. Vanaf de negentiende eeuw kwam de kat langzaam terug in huishoudens. Niet alleen als muizenverjager, maar ook als gezelschapsdier.

Gaandeweg kregen steeds meer dieren zo’n sociale functie. Konijnen, vogels, vissen en zelfs reptielen werden in huis gehaald, waarmee de relatie tussen mens en dier steeds inniger werd. In 1930 besloot de wereldvereniging van dierenbescherming één dag per jaar geheel aan dieren te wijden. Gekozen werd voor 4 oktober, de feestdag van de heilige Franciscus van Assissi, de patroonheilige van de dieren. Sindsdien viert men wereldwijd ieder jaar op 4 oktober Wereld Dieren Dag.