Guidonische hand (991)

De Guidonische hand is een hulpmiddel uit de muziekpraktijk bij het handzingen zoals onder andere door Willem Gehrels (1885-1971) werd gepropageerd. Het is een systeem dat in vele landen wordt toegepast bij het aanleren of dirigeren van zang.

Guidonische hand.
Guidonische hand.

Het idee voor deze methode is al zeer oud, en gebaseerd op een systeem van Guido van Arezzo (991-1033) waarin onderscheiden delen van de linkerhand de verschillende tonen van het toenmalig toonsysteem voorstelden. In de afbeelding zijn vanaf de top van de duim de tonen G-A-B-c-d-e-f-g-a-b-c’-d’-e’-f’-g’-a’-b’-c”-d”-e” weergegeven, welke met de wijsvinger van de rechterhand werden aangewezen, zodat de toeschouwer (de zanger) kon zien welke toon er gezongen diende te worden.

Guidonische hand.
Guidonische hand.

Guido van Arezzo was een Italiaanse benedictijner monnik die wordt beschouwd als een van de belangrijkste grondleggers van de muzieknotatie. Hij werd onderwezen in de benedictijnenabdij van Pomposa, nabij Ferrara (Italië). Daar onderkende hij de moeilijkheden die zangers hadden met het onthouden van toonhoogten in de Gregoriaanse gezangen en besloot er iets aan te doen. Hij ontwierp zijn eigen notenbalk die het mogelijk maakte Gregoriaanse gezangen veel sneller te leren.

Guido van Arezzo.
Guido van Arezzo.

Deze afbeelding uit een manuscript uit Mantua, uit het einde van de 15e eeuw toont een oude weergave met de tonen ‘ut-re-mi’

Omstreeks 1025 werd hij door bisschop Theobaldus van Arezzo aangesteld om muziekonderricht te geven in de kathedraal St. Donatus (Brugge). Het bekendste geschrift van Guido van Arezzo is de Micrologus, die zijn lesmethode en aantekeningen over muzieknotatie bevat. Door zijn heldere overzichtelijkheid was de Micrologus het meest uitgedragen muziekleerboek van de middeleeuwen. Daarnaast zijn overgeleverd de Aliae regulae, Regulae rhythmicae en Epistola de ignoto cantu.

Voetnoot